Een verrekijker, telescoop, vergrootglas en microscoop maken gebruik van lenzen. Een lens is een doorzichtig voorwerp met een bepaalde vorm waardoor licht een andere richting kan krijgen. Hierdoor kunnen voorwerpen vergroot worden. Zo kun je een telescoop gebruiken om naar de sterren en het heelal te kijken.
Met deze experimenten ontdekken leerlingen aan de hand van drie activiteiten hoe lenzen werken:
Download het materiaalDeze experimenten kunnen ook uitgebreid worden tot een volledige les met achtergrondinformatie en het bouwen van een eigen telescoop:
Download de lesLesdoelen
De leerlingen:
• bouwen een telescoop en experimenteren met de werking ervan
• beschrijven de werking van lenzen met de termen: lichtstralen, brandpunt, voorwerp, beeld
• differentiatie: beschrijven de werking van lenzen met de termen: evenwijdige lichtbundel, convergerende lichtstralen, reëel beeld, virtueel beeld, brandpunt-, voorwerp- en beeldafstand
• vertellen de historisch context van de telescoop en de ontdekking dat de aarde niet het middelpunt van het heelal bleek te zijn