Golfstromen op aarde bepalen mede het klimaat op alle plekken op aarde. Deze circulatie van warm en koud water in de oceanen is van groot belang voor een stabiel klimaat, leven in de oceanen en de weersgesteldheid op het land. Bij de Noordpool bevriest het oceaanwater en het zout blijft achter in zee. Zout zeewater zinkt naar de bodem en stroomt over de zeebodem naar warmere gebieden. Langzaam warmt het water weer op en stijgt. Als het water op haar verdere reis weer afkoelt, zakt het weer naar de bodem. In deze opdracht leren leerlingen over golfstromen. Met een experiment ontdekken ze dat zout water zwaarder is dan zoet water en dat de temperatuur van het zeewater van invloed is op de wereldwijde golfstroom.